veldsla

Wintersla

Hutspot, erwtensoep, stamppot boerenkool… lekker hoor, maar soms snak je midden in de winter gewoon naar knapperige rauwkost. Zeker deze winter is dat ook helemaal niet zo raar: volgens een intrigerend onderzoek dragen rauwe groenten meer nog dan gekookte bij aan je psychische welzijn.

Maar hoe vul je ’s winters je saladekom verantwoord? Nou, bijvoorbeeld met veldsla. Dat is namelijk een echte wintergroente, die ook nog eens bomvol vitamine C, foliumzuur en andere geweldige gezondheidsbevorderaars zit.

Smaakmaker venkel

Maar veldsla alleen is wel wat saai. Gelukkig ben je voor de broodnodige smaak en variatie niet aangewezen op kastomaten. Meer passend bij het seizoen zijn toevoegingen als rode ui, winterwortel, blaadjes van dat prachtig gevlamde, pittige witlof-zusje roodlof en last maar zeker niet least venkel; een verrassende smaakmaker in salades!

Oké, venkel komt momenteel beslist niet uit Nederland. Maar omdat het een lang houdbare groente is, die dus niet ingevlogen hoeft te worden, is het ook ’s winters best oké. Bovendien heb je er voor een salade maar een beetje van nodig; met één knol kun je makkelijk meer dagen achtereen een bak salade opkrikken.

Leve de mandoline

Deze salade is het makkelijkst te maken en wordt het lekkerst wanneer je de ui, wortel en venkel fijn schaaft met een mandoline (een geweldig keukenhulpstuk). Heb je geen mandoline, gebruik dan het grootste en scherpste mes dat je kunt vinden en snijd de groenten zo fijn als je kunt. De wortel kun je ook raspen op een grove rasp.

Veldsla met wortel en venkel

Nodig voor twee personen:

  • Een ons veldsla
  • Een kwart tot een halve venkelknol
  • Een kleine winterwortel
  • Een paar blaadjes roodlof (wat radicchio of een handje rucola kan ook)
  • Een kleine rode ui (of een bosuitje of knoflookteen)
  • Een theelepel mosterd
  • Drie eetlepels olijfolie
  • Een eetlepel goede azijn
  • Een scheutje worcestershire sauce
  • Een likje honing
  • Peper en zout naar smaak
  • Een paar in plakjes gesneden olijven en/of wat kappertjes
  • Evt een handje walnoten gehakte of pompoenpitten

Bereiding:

Was de veldsla en slinger hem goed droog.

Pluk een paar blaadjes van de roodlof, was ze en droog ze goed. Scheur ze eventueel in kleinere stukken.

Schil en was de winterwortel en halveer hem over de lengte.

Halveer de venkel. Is het een erg grote knol, dan kun je zelfs een derde of een kwart nemen. Bedek de snijvlakken van het stuk dat je niet gebruikt; in de koelkast blijft het makkelijk nog een paar dagen goed. Was het stuk dat je gaat gebruiken en verwijder de harde kern, lelijke plekjes en verlept groen.

Schil de rode ui (of snijd de bosui of knoflookteen fijn).

Leg de mandoline over de kom en schaaf de gehalveerde winterwortel, de venkel en de rode ui. (Heb je geen mandoline, snijd de groenten dan zo dun als je kunt; de wortel kun je ook raspen op een grove rasp.) Voeg meteen zout, azijn, mosterd, honing en worcestershire sauce toe en meng goed; zo worden de groenten iets zachter, en de ui wat minder scherp.

Voeg vlak voor het opdienen de olijven, kappertjes, walnoten of pompoenpitten toe, leg de goed drooggeslingerde veldsla erbovenop en giet er een gulle scheut olijfolie over (olijfolie past prima in een dieet!). Meng alles goed en laat het lekker zomers kraken tussen je kiezen.