paksoi

Het jaar rond paksoi

“Ik wil minder ‘voedselkilometers‘ op mijn geweten hebben,” zei een collega van het kwartaalblad Genoeg tijdens onze eerste vergadering na de zomervakantie. “Maar ik heb eerlijk gezegd geen idee wat nu groenten van het seizoen zijn. Jij?”

Keuzestress in de supermarkt

Die vraag gaf me eerlijk gezegd een beetje ‘error’. Want als er een groenteseizoen is, is het de (na)zomer wel! Terwijl ik me in de winter en het vroege voorjaar regelmatig het hoofd breek over wat ik nog met een gerust hart op tafel kan zetten (op een gegeven moment komen de lokale knollen en kolen je toch de neus uit), heb ik in de zomer dus eerder last van keuzestress. Er ligt zo ontzettend veel heerlijks in de schappen: frisgroene sperziebonen uit eigen land, feloranje bospeen, lekker zwavelige bloemkool, knapperige andijvie, geurige venkel, de eerste pompoenen… En alles opvallend vers en prettig geprijsd.

Welke groenten zijn er in de zomer níet uit eigen land?, was wat mij betreft dus eerder de vraag. Ik dacht meteen aan spruitjes, pastinaak en boerenkool. Grappig genoeg ook groenten waarin ik in de zomer helemaal geen zin heb. Net als overigens in zuurkool of champignons, ook al liggen die wél het hele jaar door in de schappen. Ze geven mij toch te veel een gordijnen-dicht-en-kachel-aan-gevoel. Al verheug ik me stiekem al wel op de eerste herfstige paddestoelenrisotto.

Broccoli uit het buitenland

Vervolgens begon ik in mijn hoofd een lijstje op te stellen van groenten waarbij ik geen enkel ‘seizoensgevoel’ had. Broccoli stond met stip bovenaan; dat ligt altijd maar hoog opgetast in de schappen (al smaakt het naar mijn idee de helft van de tijd nergens naar).

Maar komen die groene stronken ook het jaar rond uit eigen land? Nee dus, leerde ik van Verseoogst.nl. Ongeveer de helft van het jaar komen ze gegarandeerd van over de grens. Vooral in Spanje en Italië zitten veel telers. En dan is het dus een groente met behoorlijk wat food miles.

Wat overigens wél weer voor broccoli pleit, is dat de groente tijdens de teelt over het algemeen terughoudend wordt bespoten met landbouwgif (een ander woord voor gewasbeschermingsmiddelen). Begin dit jaar kreeg ze daarom een comfortabel lage plaats op de nieuwe Dirty Dozen, Clean Fifteen-lijst van de Amerikaanse milieuwerkgroep EWG.

Kasgroente

En toen dacht ik aan paksoi. Ook zo’n groente die altijd maar voorradig lijkt te zijn. Hoe staat het daar met de voedselkilometers? Opnieuw had Verseoogst.nl het antwoord: paksoi is het jaar rond verkrijgbaar uit Nederland. Het merendeel van de tijd komt ze dan wel uit de (koude) kas, maar daar ging het nu even niet over. En op de Dirty Dozen-lijst wordt paksoi niet genoemd.

Ik besloot meteen om weer eens paksoi op tafel te zetten. Want ook al ligt het er ‘altijd’, saai is deze groente niet. En het grote voordeel van paksoi: je maakt er razendsnel deze lekkere roerbakmaaltijd mee.

Roergebakken paksoi met mie en (soja)gehakt

Ingrediënten voor 4 personen:

Een flinke stronk paksoi

Twee teentjes knoflook, fijngehakt

Twee à drie uien

Een flinke winterpeen of twee à drie bospenen

Een stukje gember, geschild en in flinterdunne reepjes gesneden

Een verpakking ‘sojagehakt’ (‘vegan rulstukjes’ of ‘plantaardig kruimgehakt’) à 375 gram of een verpakking half-om-halfgehakt à 300 gram

Sambal naar smaak

Ketjap manis naar smaak

Oestersaus naar smaak

Mie (ca. 300 gram)

Zonnebloemolie of een andere neutrale olie om mee te roerbakken

Bereiding:

Kook de mie volgens de aanwijzingen op de verpakking. Spoel de mie af in een vergiet zodra ze beetgaar is en zet het weg tot de groenten en het (vega)gehakt zijn bereid.

Snijd het uiteinde van de stronk paksoi, was de bladeren, laat ze even uitlekken en snijd ze in stukken van zo’n anderhalve centimeter.

Pel de uien en snipper ze fijn. Maak de wortel(s) schoon en snijd ze zo fijn mogelijk.

Verwarm een eetlepel olie in een koekenpan of braadpan en bak de fijngesneden ui, wortel en gember zachtjes aan. Roer geregeld tot de groenten licht gebruind en bijna gaar zijn. Haal het mengsel uit de pan en zet het apart.

Draai het vuur onder de koekenpan of braadpan hoger en bak nu het (soja)gehakt in deze pan.

Voor half-om-halfgehakt hoef je geen nieuwe olie toe te voegen; dat is vet genoeg van zichzelf. Voeg dit gehakt in porties toe en spreid het goed uit over de bodem van de pan met een spatel, zodat het de kans krijgt goed te bruinen. Laat het goed doorbakken voor je het wortel-en-uimengsel erbij doet.

Voor het sojagehakt verwarm je eerst een nieuwe eetlepel olie in de pan. Bak dit gehakt kort aan en blijf goed roeren; het bakt snel aan. Je kunt hier het wortel-en-uimengsel al snel toevoegen.

Kruid het gehaktmengsel met sambal, ketjap en eventueel zout naar smaak en laat het zachtjes pruttelen.

Verwarm een wok of ruime braadpan op halfhoog vuur. Voeg een scheutje olie toe en doe daar meteen de fijngehakte knoflookteentjes bij. Bak kort aan – let op, knoflook verbrandt snel! – en voeg dan de uitgelekte paksoi toe. Roerbak kort; de groente mag een beetje knapperig blijven. Giet er een scheut oestersaus naar smaak over, roer nog eens goed door en haal van het vuur.

Verdeel de mie over vier borden of kommen, verdeel de gehaktsaus erover en voeg tot slot de paksoi toe.