Op 28 juli 2022 is het ‘Earth Overshoot Day‘. Op deze dag hebben we het hele rantsoen van wat onze aarde fatsoenlijkerwijs in een jaar aan voedsel en grondstoffen kan voortbrengen, opgesoupeerd. De rest van dit kalenderjaar leven we als het ware op de ecologische pof.
Linzensalade
Ze doen misschien vooral aan de herfst denken, met hun warme, aardse tinten. Maar of ze nou bruin, rood, geel of groen zijn, linzen zijn eigenlijk het hele jaar door lekker. Een linzensalade is zelfs bij uitstek een zomers gerecht: snel klaar en de ideale picknickmaaltijd!
Een ui hoort erbij
Vezels moeten we eten. Meer dan we nu doen. Véél meer. Want de gunstige bacteriën in onze darmen houden van vezels.
Helaas houden wij mensen kennelijk minder van vezels. We consumeren er gemiddeld maar 20 gram per dag van, terwijl dat er minstens 30 zouden moeten zijn. En daarmee doen we onszelf ernstig tekort. Want een florerend darmbacterievolkje kan wonderen doen voor de gezondheid.
Spinazieomelet
We moeten meer groenten eten. Dat schijnt sommige mensen zwaar te vallen. En inderdaad, om half acht ’s avonds nog eens een half pond spruitjes (of een zomerse equivalent daarvan) naar binnen werken is nogal een opdracht.
Seleniumtaart
Was je net lekker op stoom gekomen met je hoogstpersoonlijke eiwittransitie, hoor je ineens dat zo’n overwegend plantaardig eetpatroon kan leiden tot een tekort aan selenium en zink. Die spoorelementen zitten namelijk vooral in bronnen van dierlijk eiwit: vis, vlees en zuivel. Kennelijk klopte er dus iets niet helemaal aan je idee dat een ‘plant-based’ voedingspatroon behalve klimaatreddend ook nog eens vreselijk gezond is…
Raapsteeltjesweer
Raapsteeltjes! Ik schreef al eerder over ze op deze site, want ik ben dol op ze. Omdat ze zo lekker zijn, omdat ze zo gezond zijn, maar vooral omdat ze echt bij het vroege voorjaar horen. Zodra ze op de markt komen, weet je dus: de winter nadert zijn einde. Vlag uit.
Salie in de soep
Het balkon staat er pierig bij: een mottige buxus, een bamboe waarvan ik alleen maar kan hopen dat-ie ooit weer ontwaakt. Maar de bak met kruiden oogt verrassend groen. Vooral de salie, die van de zomer nog aan meeldauw ten onder leek te gaan. Dat vraagt om een recept.
Geweldig groen
De marktkoopman had groene kolen. Prachtexemplaren waarnaar ik uren kon staren vanwege al die bergen, dalen, kleine vijvertjes van dauwwater en de vele fluwelige schakeringen van groen.
Maar daarna zette ik wel het mes in de kool van mijn keuze. Ik kocht hem uiteindelijk immers toch vooral omdat groene kool lékker is. En gezond bovendien: een rijke bron van onder andere de vitamines C en K, calcium, foliumzuur en – zoals alle kolen – plantaardige eiwitten. Bovendien bevat groene kool – opnieuw zoals alle kolen – stofjes die van nature een antibiotische werking hebben. Niet verkeerd in een winter als deze!
Goed gekruid
Dat je er goed aan doet iedere dag 250 gram groenten en twee stuks fruit te eten, weten we inmiddels wel. Ondertussen blijft het voor de meeste Nederlanders een uitdaging die hoeveelheden ook echt te halen – de meesten komen nog steeds maar nét aan de helft.
Variatie op tafel
Variatie doet eten. Zelfs al betreft die variatie alleen de kleur van de suikercoating rond één en hetzelfde chocoladesnoepje, zoals voedselonderzoeker Brian Wansink in 2004 liet zien in een geestig experiment. Als er M&M’s in tien verschillende kleuren in hun bakjes zaten, werkten de proefpersonen maar liefst 43% procent meer van die saaie knikkers naar binnen dan wanneer het aanbod er ‘maar’ zeven omvatte.